UITGEEST - Twee verdachten van 19 jaar uit Leusden en Amsterdam moesten op donderdag 22 september voor de rechter verschijnen omdat zij ervan verdacht worden op dinsdag 1 maart 2022 een gewapende overval te hebben gepleegd op een telefoonwinkel in Uitgeest. Daarnaast werden zij verdacht van wederrechtelijke vrijheidsberoving in vereniging, verboden vuurwapenbezit en opzetheling in vereniging. Beide mannen bekenden.


Er is rekening gehouden met de jonge leeftijd van de verdachten er daarom is in beide zaken adolescentenstrafrecht toegepast.

Strafeisen

De officier van justitie achtte de vier feiten in de zaak van de 19-jarige man uit Leusden bewezen en eiste tegen hem 230 dagen jeugddetentie waarvan 115 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar (met aftrek van het voorarrest). Daarnaast de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering met dadelijke uitvoerbaarheid. Ook eiste de officier van justitie een werkstraf van 150 uur of wanneer deze niet wordt uitgevoerd, 75 dagen jeugddetentie. Aan twee slachtoffers moet wat betreft het OM in totaal €3304,- aan schadevergoeding worden betaald en €466,25 moet worden teruggegeven aan de rechthebbende. Gestolen items die bij de verdachte waren aangetroffen en in beslag zijn genomen, moeten wat betreft de officier van justitie verbeurd worden verklaard.

In de zaak van de 19-jarige Amsterdammer vroeg de officier van justitie voor feit 4 (opzetheling in vereniging) vrijspraak. De andere drie feiten achtte de officier van justitie wel wettig en overtuigend bewezen. Tegen hem werd 320 dagen jeugddetentie geëist waarvan 90 dagen voorwaardelijk met aftrek van het voorarrest en een proeftijd van twee jaar plus de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering met dadelijke uitvoerbaarheid.
De man moet wat betreft het OM twee slachtoffers in totaal €4304,- aan schadevergoeding betalen en een telefoon en €290,- teruggeven aan de rechthebbende. Tot slot had de Amsterdammer een voorwaardelijke straf van 180 dagen jeugddetentie openstaan, hiervoor vorderde het OM de tenuitvoerlegging.

In beide zaken doet de rechtbank op 6 oktober uitspraak.

Wat er die dag gebeurde

Op die dinsdag in maart stapten twee overvallers de telefoonwinkel in Uitgeest binnen met een vuurwapen. De aanwezige klanten en medewerkers werden bedreigd en vastgezet in één ruimte. Eén van de medewerkers moest met de overvallers mee om geld uit de kassa en mobiele telefoons af te geven. In totaal namen de mannen 49 mobiele telefoons mee (ter waarde van ruim €33.000,-) en €465,- aan geld.
De medewerkers zagen daarna de overvallers wegrennen en buiten in een vluchtauto stappen. De politie kreeg de auto op basis van de melding in de gaten en na een korte achtervolging, werd de auto tot stilstand gebracht op de Kanaalweg in Heiloo en werden drie verdachten aangehouden.

Eerdere strafeis en vonnis derde verdachte

Eén verdachte was toen nog minderjarig en moest op 1 september al voor de jeugdrechter verschijnen, een zitting achter gesloten deuren.
De officier van justitie achtte toen de volgende feiten bewezen: afpersing in vereniging, wederrechtelijke vrijheidsberoving in vereniging, verboden vuurwapenbezit en opzetheling in vereniging.

Tegen de inmiddels 18-jarige man uit Soest werd toen 230 dagen jeugddetentie geëist, waarvan 120 dagen voorwaardelijk (met een proeftijd van twee jaar waarbij hij zich moet houden aan zware bijzondere voorwaarden) en met aftrek van de tijd dat verdachte in voorarrest heeft gezeten. Daarnaast eiste de officier van justitie een werkstraf van 150 uur.
Ook moest hij volgens het OM aan de slachtoffers een schadevergoeding betalen van in totaal ruim €8.400.
De rechtbank achtte alle feiten bewezen en veroordeelde hem uiteindelijk tot 230 dagen jeugddetentie waarvan 118 voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar en een werkstraf van 80 uur. In totaal moest de 18-jarige man van de rechter €4304,40 betalen aan de slachtoffers.